Meteorologische verschijnselen: voorbeelden. Gevaarlijke meteorologische verschijnselen

Meteorologische fenomenen zijnnatuurverschijnsel, gevaarlijk voor het menselijk leven en is in staat om aanzienlijke schade aan de economie veroorzaken. Vandaag zoals klimatologische anomalieën elke dag in verschillende delen van de aarde, dus is het handig om meer te leren over hen en vertrouwd met de basisregels van het gedrag tijdens rampen geworden.

Gevaarlijke natuurverschijnselen van categorie A1, groep 1

Deze groep omvat klimatologische anomalieën die de menselijke veiligheid en de eigenschap ervan kunnen bedreigen in het geval van langdurige of hoge intensiteit.

Voorbeelden van gevaarlijke meteorologische verschijnselen van categorie A1:

A1.1 - Extreem sterke wind. De impulsen kunnen snelheden van meer dan 25 m / s bereiken.

А1.2 - Orkaan. Dit is een apart type windanomalie. De snelheid van windvlagen kan oplopen tot 50 m / s.

A1.3 - Flurry. Een sterke toename van de wind (korte termijn). Windstoten kunnen oplopen tot 30 m / s.

A1.4 - Tornado. Dit is het meest destructieve en gevaarlijke voor het natuurlijke fenomeen van het menselijk leven. Een sterke wind wordt gelokaliseerd in een trechter die vanuit de wolken op de grond wordt gericht.

De volgende meteorologisch gevaarlijke verschijnselen van deze categorie zijn geassocieerd met neerslag:

A1.5 - Een zware stortbui. Intense regen kan niet lang stoppen. De hoeveelheid geprecipiteerde neerslag is groter dan 30 mm in 1 uur.

A1.6 - Sterke gemengde regen. Neerslag valt in de vorm van regen en natte sneeuw. Een afname van de luchttemperatuur wordt genoteerd. De hoeveelheid neerslag kan binnen 12 uur 70 mm bedragen.

A1.7 - Extreem zware sneeuw. Dit is vaste neerslag, waarvan de hoeveelheid binnen 12 uur de markering van 30 mm kan overschrijden.

De volgende meteorologische verschijnselen zijn een aparte regel:

A1.8 - Continue stortbui. De duur van zware regenval is minstens 12 uur (met onderbrekingen). De hoeveelheid neerslag overschrijdt de drempel van 100 mm.

A1.9 - De Grote Stad. De diameter moet 20 mm of meer zijn.

De tweede groep gevaarlijke natuurverschijnselen van categorie A1

Deze sectie bevat zoals klimatologische anomalieën als een sneeuwstorm, mist, ernstige ijsvorming, hittegolven en t. D.

Meteorologische gevaarlijke natuurverschijnselen van de tweede groep van categorie A1:

A1.10 - Een sterke sneeuwstorm. De wind voert sneeuw met een snelheid van 15 m / s en hoger. Tegelijkertijd is het bereik van de zichtbaarheid ongeveer 2 m.

A1.11 - Zandstorm. De wind voert stof en gronddeeltjes met een snelheid van 15 m / s en daarboven. Zichtbereik - niet meer dan 3 m.

A1.12 - De mist-waas. Ernstige troebelheid van de lucht wordt waargenomen als gevolg van een grote opeenhoping van waterdeeltjes, verbrandingsproducten of stof. Het zichtbereik is minder dan 1 m.

А1.13 - Sterke vorstafzetting. De diameter (op de draden) is niet minder dan 40 mm.

De volgende meteorologische verschijnselen van categorie A1 hangen samen met temperatuurveranderingen:

А1.14 - Extreme vorst. Waarden variëren van geografische locatie en tijd van het jaar.

A1.15 - Abnormaal koud. In de winter, gedurende 1 week, wordt de luchttemperatuur met 7 graden of meer onder de meteorologische norm gehouden.

A1.16 - Extreem warm weer. De maximale temperatuur hangt af van de geografische locatie.

A1.17 - Abnormale warmte. In het warme seizoen gedurende 5 dagen of langer wordt de temperatuur met minstens 7 graden boven de norm gehouden.

A1.18 - brandsituatie. Zijn indicator verwijst naar de vijfde klasse van gevaar.

Gevaarlijke verschijnselen van natuurcategorie A2

Deze groep omvat agrometeorologische anomalieën. Elk fenomeen van deze categorie kan de landbouw enorm schaden.

Meteorologische natuurverschijnselen gerelateerd aan type A2:

A2.1 - Frosts. De temperatuur van de lucht en de grond wordt sterk verminderd tijdens het oogsten of actieve begroeiing van gewassen.

A2.2 - Overvochtigen van de grond. De grond op een diepte van 100 mm is viskeus of kleverig (gedurende 2 weken).

A2.3 - Het is droog. Het wordt gekenmerkt door een luchtvochtigheid van minder dan 30%, een temperatuur van meer dan 25 graden en een wind van 7 m / s.

A2.4 - Atmosferische droogte. Afwezigheid van neerslag bij een luchttemperatuur van 25 graden gedurende 1 maand.

A2.5 - Bodemdroogte. In de bovenste bodemlaag (20 cm) is de vochtcoëfficiënt minder dan 10 mm.

A2.6 - Anomalously vroege verschijning van sneeuwbedekking.

A2.7 - Bevriezen van de grond (toplaag tot 20 mm). Duur - vanaf 3 dagen.

A2.8 - Ernstige vorst bij afwezigheid van sneeuwbedekking.

A2.9 - Zwakke vorst met een hoog sneeuwdek (meer dan 300 mm). De temperatuur is niet lager dan -2 graden.

A2.10 - IJsdekking. Frosty korst met een dikte van 20 mm. De bodembedekking duurt minimaal 1 maand.

Gedragsregels voor gevaarlijke meteorologische verschijnselen

Tijdens klimatologische verschijnselen is het belangrijk om kalm en voorzichtig te zijn, niet om in paniek te raken.

Door de wind aangedreven meteorologische natuurverschijnselen(voorbeelden: een storm, een orkaan, een tornado) zijn alleen gevaarlijk voor het menselijk leven in de onmiddellijke nabijheid van de oorzaak van de anomalie. Daarom wordt het ten zeerste aanbevolen om zich te verstoppen in speciaal ingerichte onderkomens onder de grond. Je kunt de ramen niet naderen, omdat het risico op verwondingen aan glasfragmenten groot is. Het is verboden om in de open lucht te zijn, op bruggen, in de buurt van hoogspanningsleidingen.

Tijdens abnormale sneeuwafwijkingenom beweging langs de rijbaan en het landschap te beperken. Het wordt ook aanbevolen om voedsel en water in te slaan. Blijf niet in de buurt van hoogspanningslijnen en steile daken.

Bij overstromingen, neem een ​​veilige plaats inop een heuvel en markeer het voor latere detectie door redders. In gebouwen van één verdieping is het niet aan te bevelen, omdat het waterpeil op elk moment plotseling kan stijgen.

Registreer weersafwijkingen

In de afgelopen 20 jaar heeft de natuur gepresenteerdde mensheid heeft veel verrassingen. Dit zijn allerlei gevaarlijke meteorologische verschijnselen (voorbeelden: een enorme hagel, een record sterke wind, enz.), Waarbij mensen werden gedood en de economie maximaal werd beschadigd.

In mei 1999 was de staat Oklahoma datregistreerde de sterkste windvlaag op de schaal van Fagit. De tornado behoorde tot categorie F6. De windsnelheid bereikte 512 km / h. Tornado's sloopten honderden huizen en doodden tientallen mensen.

In de zomer van 1998 viel er ongeveer 30 m sneeuw in de staat Washington op de beroemde berg Mount Baker. De neerslag bleef enkele maanden liggen.

De indicatoren voor de hoogste temperatuur werden in september 1992 in Libië geregistreerd (58 graden Celsius).

De grootste hagel was in de zomer van 2003 in Nebraska. De diameter van het grootste exemplaar was 178 mm en de valwaarde was ongeveer 160 km / h.

De zeldzaamste meteorologische verschijnselen

In 2013, de ochtend na de dagThanksgiving de bezoekers van de Grand Canyon waren getuige van een uniek natuurverschijnsel dat "inversie" wordt genoemd. Een dikke mist daalde af in de spleten en vormde een hele waterval van wolken.

In hetzelfde 2013 zagen de inwoners van Ohiozichzelf op de binnenplaats van een groot deel van het grondgebied, gelegen rond hun stad, tot aan de Canadese grens. Dit fenomeen wordt superrefractie genoemd, wanneer de lichtstralen buigen onder de luchtdruk en objecten reflecteren die zich ver weg bevinden over enorme afstanden.

In 2010 konden mensen in Stavropol observerengekleurde sneeuw. De stad was bedekt met bruine en paarse sneeuwbanken. De sneeuw was niet giftig. Wetenschappers hebben vastgesteld dat de sedimenten gekleurd zijn in de bovenste atmosfeer, zich vermengend met de deeltjes vulkanische as.

</ p>